— “Een erotische ontdekkingstocht vol fantasie en verbeelding” —

DE OUDJES DOEN HET NOG BEST. EN DE JONGEREN?

Onderzoek.

Onlangs werd een onderzoek, gehouden door het Centraal Bureau voor de Statistiek, gepubliceerd, waaruit bleek dat Nederlanders in het algemeen minder werk van seksuele activiteiten maakten dan voorheen. Niet dat de cijfers zo schokkend een teruggang lieten zien (70% is seksueel actief, in het verleden -2014- was dat 74%), toch is het een cijfer dat verrassend genoemd kan worden. Je zou zeggen dat er juist meer gevreeën zou zijn in coronatijd, waarin we met zijn allen in lockdown zijn geweest. Opgehokt in onze huizen, dicht op elkaar gepakt, heeft het land de vergrote kans op een vrijage blijkbaar niet aangegrepen. Is ons de lust vergaan? Zijn we voor onze flatscreens blijven hangen?

Jongeren toen.

Het is vooral de jongere categorie mensen dat de cijfers laat kelderen (nu 56% actief, in 2014 was dat nog 63%). De oorzaken daarvan liggen vooral bij de veranderende maatschappij, zeker als we teruggaan naar hoe die er in de vorige eeuw uitzag. De hippies van destijds maakten de seksuele revolutie mee, de uitvinding van de pil zette de deur wagenwijd open voor een vrij seksleven. Het afzetten tegen het kapitalistische wereldbeeld (provo’s) maakte dat werken minder belangrijk werd geacht en geestelijke ontplooiing op massale belangstelling kon rekenen. Jongeren leefden bij de dag, hadden andere zorgen (de koude oorlog) en vrijden er op los. Een sekte als die van de Bhagwan propageerde de vrije liefde, in communes was iedereen van iedereen, bij de anti-autoritaire opvoeding was de zoete inval de norm.

Jongeren nu.

Hoe anders is dat anno 2023. Jongeren zijn als de circusartiest die een groot aantal borden op een rij lange, wiebelende stokken draaiende moet zien te houden. Niet één bordje mag vallen, vinden ze. En het liefste steken ze er nog een stok bij om een extra bordje op te laten balanceren. Naast het dagelijks werk moeten er vele sociale contacten worden onderhouden (familie, vrienden), is er de continue beschikbaarheid voor extra werktaken, is er het gezamenlijke huishouden, zijn er vele hobby’s, verenigingen, de kinderen en de huisdieren, cursussen, uitgaansavonden en…. de mobiele telefoon die continue aandacht en beschikbaarheid vraagt. Het brein springt van impuls naar impuls. Die totale onrust in het hoofd schreeuwt om onthaasting, maar de mallemolen draait onverbiddelijk door. Op die manier blijft er weinig tijd en vooral ontspanning over om in elkaar, en dus ook in seksualiteit, te investeren. Soms moeten vrijages zelfs letterlijk op de agenda gezet worden, anders komt het er helemaal niet meer van. Daarbij opgemerkt: wat blijft er nog van de kwaliteit van het vrijen over, als die activiteit er ook nog ergens even tussendoor geschoven moet worden? Dat jongeren later met seks beginnen verhoogt de uitslag overigens ook niet.

Ouderen.

Het is daarom des te opvallender dat de cijfers bij oudere mensen, de 75 plussers, het tegenovergestelde laat zien: van 16% naar 27%. Die toename wordt toegeschreven aan de fitheid van deze categorie. Wat de cijfers niet vermelden is wat er door hen tot seks gerekend wordt. Jongere mensen denken bij deze term al gauw aan penetratieseks, terwijl ouderen kussen, strelen of een beetje voelen ook al seks vinden. Een logische gedachte omdat zij seks nog als iets exclusiefs zien, dat je deelt met iemand waar je een diepere connectie mee hebt (de oudere heeft zich meer behoudend ontwikkeld, over de inhoud van hun seksleven gaven zij veelal geen antwoord). Een term als bodycount is hen vreemd. Seks is iets dat je iemand gunt. Liefde en seks los van elkaar zien zal ouderen minder goed lukken, dan dat jongeren dat in de regel kunnen. Zo zullen die zoenen niet tot seks rekenen, waar ouderen dat wel degelijk doen. Maar ouderdom komt toch met gebreken? Dat is op zich waar, maar anderzijds is het jachtige werkzame leven voorbij en is er volop tijd voor elkaar. Al pratend met elkaar zullen er specifieke seksuele activiteiten afvallen (met de bejaarde botten zullen er heel wat standjes onmogelijk zijn geworden), maar daar staat tegenover dat ouderen meestal dat wat nog wel gaat eerder en hoger waarderen.

En hoe nu verder?

Bij elke uitslag van een onderzoek, zeker op de wijze waarop dat in de pers wordt gepubliceerd, kan je concluderen: fijn, dat weten we dan ook weer. De vraag moet echter zijn wat er gedaan kan worden om het seksleven van mensen te verbeteren. Is dat nodig dan?, kan de vervolgvraag zijn. Het antwoord daarop is bevestigend daar seksualiteit niet alleen voor de voortplanting belangrijk kan zijn, het is er in deze tijd vooral ter ontspanning, de gezamenlijke vreugdebeleving, de versteviging van de onderlinge band tussen partners, de onthaasting en -jawel- de gezondheid. Een leven zonder seks is zeer wel mogelijk, maar seks is zeker kwaliteitsverhogend voor het bestaan van veel mensen. Het is daarom dat er relatietherapeuten en seksuologen zijn voor wie de cijfers van belang zijn. Aan de hand daarvan hebben die een beter beeld van de ontwikkeling van onze bevolking op dit gebied. Zo zullen zij jongeren leren te onthaasten en omgaan met prestatiedruk. Bij ouderen zal het het lichaamlijk onvermogen een onderwerp van gesprek zijn. Maar ook in niet-therapeutische zin zijn er mensen die aan een gezond seksleven bijdragen. Dicht bij huis blijvend: ook CLS Healthcare (waaronder Shespot, Willie, Willie Home Party etc.) doet er alles aan om seks uit de taboesfeer te halen, kennis te vergroten en daardoor mee te werken aan dat ene stukje van de volksgezondheid. Concluderend: dat ouderen een gezonder (seks)leven hebben dan vroeger is hoopgevend, ook voor de jongere generaties. Immers, we willen allemaal, het liefst samen, oud worden!

Redactie Shespot.

Beoordeel dit verhaal

Plaats een Reactie

Ben je een robot? *