Interessante en ook herkenbare gedachten, zowel van Fuzz als van Frank. Een duidelijk verschil is, jagen om het jagen, of (ook) voor de prooi.
Ik ben 18 jaar getrouwd geweest, maar nooit gestopt met jagen. Jagen voor de prooi – niet slechts voor het jagen op zich.
Tien jaar geleden ontmoette ik Efin. Ze was in alle denkbare opzichten m’n ideaalbeeld. En tegelijk onbereikbaar. Way out of my league. Maar het prikkelde m’n jachtinstinct als nooit tevoren.
Ongeveer een jaar later scheidden we van onze partners en kozen voor elkaar.
Een jaar of twee heb ik toen niets meer van m’n jachtinstinct vernomen. Maar op een gegeven moment begon het toch wel weer te kriebelen. Dat verbaasde me, want ik had m’n ideale vrouw immers al.
Een belangrijk verschil met het vroegere jagen was wel, dat ik het jagen op zichzelf belangrijker ben gaan vinden dan “the killâ€. Dat is voor mij logisch, want eventuele nieuwe ‘prooien’ moeten op z’n minst in een paar opzichten kunnen tippen aan Efin. En zij is onveranderd mijn ideale vrouw.
Wij hebben een open relatie. Maar dat verstoort de magie van exclusiviteit niet. Althans niet in het opzicht van ware liefde. En doordat we beiden de lat erg hoog hebben liggen v.w.b. eventuele bedpartners, gaat het niet heel vaak verder dan flirten, jagen. Maar de achterliggende gedachte, dat het jagen wel tot een verovering mag en kan leiden, maakt het jagen spannender en interessanter.
Toen ik een jaar of dertig was, dacht ik, hoopte ik, dat die jachtkriebels ooit eens over zouden gaan. Inmiddels geloof ik daar niet meer in. Of zoals een goede vriendin me onlangs zei : “jij jaagt tot je dood toeâ€. Misschien heeft ze gelijk; ik jaag al 30 jaar zonder succes op haar
. Eerlijk gezegd, de leukste jacht tot nu toe.
Anyway, ik heb m’n rust in zoverre wel gevonden : het belangrijkste deel van mijn hart verpand aan “die ene†en desondanks is er ruimte voor “die andere(n)â€.