Deel 1, klik hier.
Ze leest het bericht een aantal keer. Met deze jurk naar een bouwplaats? De bouwplaats? Welke bedoelt hij? En wat is dat voor wazig iets over energie? Ze maakt een foto van zichzelf en de spiegel en kijkt naar het scherm, stelt zich voor hoe een bouwvakker zal reageren als hij haar zo ziet. Ze zoomt in op haar gezicht en ziet de onzekerheid in haar ogen. Die eeuwigdurende, gekmakende onzekerheid. Ze besluit zich te laten leiden.
Ze slaapt onrustig en droomt over bouwvakkers. Onder de douche haalt ze diep adem en probeert zichzelf onder controle te krijgen. Naakt loopt ze naar de woonkamer en pakt het schrijfblok. Wat had hij haar gevraagd? ‘Schrijf op wat je diepste verlangens zijn.’ De pen rust op het papier, draait rondjes en aarzelt. Ze sluit haar ogen en denkt na, fluisterend stelt ze de vraag ‘wat is je diepste verlangen?’ Ze fluistert tegen zichzelf, tegen haar innerlijk, die pure vrouw diep in haar binnenste. De pen begint zijn verhaal, langzaam borrelen de woorden op uit de inkt die verschijnt op het papier.
‘Ik wil dat je me begeert.’
‘Ik wil begeren.’
‘Ik wil verlangen.’
‘Lust.’
‘Overgave.’
‘Jij.’
‘Jij.’
De pen stopt. Ze leest de woorden en fluistert alsof het papier zijn gewillig gehoor is; ‘Ik verlang naar jou.’ Ze legt de blocnote op tafel en maakt er een foto van. Met een tik op het scherm verstuurd ze de foto. Terwijl ze zich aankleed vraagt ze zich af wat hij er van zal vinden. Is dit wat hij bedoelde? Of is ze weer te veel gericht op haar fysieke verlangens en had ze dieper moeten graven? Ze buigt voorover en schudt haar haren los, en met haar haren schudt ze ook de twijfel van zich af. Dit is wat in haar opkwam, ze kan niets anders doen dan afwachten. Tevreden kijkt ze in de spiegel. Een dun laagje gloss op haar lippen om het af te maken, dan loopt ze gespannen de deur uit richting het bouwterrein een paar straten verderop. Omdat hij verder geen info gaf is ze er van uit gegaan dat hij dit bedoelde. Een paar blokken verder wordt hard gewerkt aan een nieuwe woonwijk. Vrachtwagens rijden haar voorbij als ze de bouwhekken nadert. In normale kleding zou ze door kunnen gaan voor een van de nieuwe eigenaren die komt kijken hoe de bouw van haar woning vordert. Maar een vrouw met lange losse haren, in een lange jurk en hoge hakken valt op. Nog voor ze bij de eerste woningen komt hoort ze al iemand fluiten. Zenuwachtig loopt ze verder, voorzichtig lopend over de ongelijke straattegels. Halverwege het eerste blok hoort ze nu van meerdere kanten geluiden in haar richting rollen. Strak kijkt ze voor zich uit en denkt aan wat hij had gezegd; ‘laat je geest strelen door hun lust.’ Ze kijkt omhoog naar de steigers en zoekt de blikken van de bouwvakkers. De een oud en behaard, de ander als uit een Coca Cola reclame, allemaal kijken ze naar haar. Ze hoort hun geile opmerkingen en uitnodigingen. Ze laat ze binnenrollen als golven in de haven. Op een kaal gedeelte wat ooit moet veranderen in een netjes aangelegde rotonde blijft ze staan. Ze vormt het middelpunt van dit kleine universum. Langzaam draait ze rond, kijkt, luistert. Waar ze bang was dat de mannen naar haar toe zouden komen merkt ze dat er een soort barrière tussen hen is. De geile spierbundels die roepen en fluiten lijken zich achter glas te bevinden. Ze voelt zich als een kroonjuweel in een museum. Ze kijken, bewonderen, begeren, maar niemand kan bij haar. Ze sluit haar ogen en geniet, ze voelt haar bloed stromen door haar aderen. De energie van de mannen komt van alle kanten op haar af. Ze opent zich en absorbeert, voedt zich met de oerdriften rondom haar. Een vreemd gevoel maakt zich van haar meester, nieuw, onbekend en warm. Waar ze eerder overweldigd werd door de brute geilheid en een opgewonden gevoel in haar onderbuik voelde voelt ze nu een energie door haar hele wezen stromen. Voldaan draait ze zich om en loopt weer verder. De mannen en hun oerkreten achter zich latend.
Weer thuis op de bank komt ze bij, ze ademt alsof ze een marathon heeft gelopen. Ze voelt het gloeien tussen haar benen, haar gedachten dwalen af naar de spierbundels op de steigers. Stellen zich voor hoe de bouwvakkers in een rij voor haar stonden. Wachtend op hun beurt. Haar handen glijden over haar lichaam. Ze schuift de jurk omhoog en zoekt de warmte tussen haar benen. Betrapt springt ze op als haar telefoon piept. Schuldbewust kijkt ze om zich heen voordat ze het toestel pakt. Een bericht. ‘Voelde je hun energie? Neem het op en houd het vast. Binnenkort mag je je ontladen.’
‘Shit.’
Waarom zou ze nu niet de hand aan zichzelf slaan? Wie was hij dat hij dacht haar orgasme te kunnen bepalen? Ze wil nu.., haar lichaam wil nu.., ze wil naar hem luisteren, ze moet naar hem luisteren. Geërgerd gooit ze de telefoon op de bank en loopt naar de keuken om zichzelf een kop thee in te schenken. Langzaam drinkt ze, ze staart naar buiten en luistert naar haar lichaam. Ze voelt zich bruisen van energie en weet dat een orgasme dat om zeep helpt. Haar bloed stroomt als een kolkende rivier, ze voelt zich mooi en machtig, en bovenal voelt ze zich goed omdat ze naar hem had geluisterd, dat ze hem blij had gemaakt.
Ze pakte haar leven weer op en werd weer onderdeel van de wereld om haar heen. Maar nu wel anders dan voorheen. Ze zag haar werk en vrienden nu als een onuitputtelijke bron van energie die ze kon absorberen wanneer ze maar wilde. De wereld om haar heen was een theaterstuk waarvan de spelers niet wisten dat ze slechts pionnen waren van een spel, een spel wat zij nu mocht spelen. Het was al weer twee dagen geleden dat ze de bouwplaats als haar catwalk had gebruikt. Langzaam zakte het euforische gevoel weg en vervormde tot iets in haar achterhoofd wat er altijd was, wat haar bezighield en wat er voortdurend voor zorgde dat ze hoopte op een teken van hem. Dat teken kwam net voor het weekend in de vorm van een videobericht. In het schemerige licht op haar scherm was zijn gezicht slechts als een silhouet zichtbaar maar zijn stem alleen al bezorgde haar rillingen van verlangen. ‘Dit weekend ga je mij ontmoeten. Zorg dat je er klaar voor bent.’
Ze wilde hem vragen wanneer en waar, wat ze aan moest en wat ze moest doen. Maar ze vroeg niets. Onbewust wist ze dat hij geen antwoord zou geven. De vrijdagmiddag en avond bracht ze door in huis, heen en weer lopend tussen de bank en de keuken, de slaapkamer en de badkamer. Keer op keer bekeek ze zichzelf in de spiegel, rook onder haar oksels en sprong opnieuw onder de douche, er binnen een paar tellen weer onder vandaan springend om te voorkomen dat ze de bel zou missen. Op zaterdagmorgen werd er aangebeld, vol spanning opende ze de deur. Enigszins teleurgesteld zag ze een taxichauffeur die haar vroeg mee te komen. Ze vroeg hem even te wachten en wisselde in sneltreinvaart haar ochtendjas voor de lange jurk. Tevreden zag ze de goedkeurende blik van de taxichauffeur toen ze bij hem instapte. Gespannen over wat ging komen staarde ze naar buiten. Was het eigenlijk niet vreemd wat ze deed? Of misschien zelfs gevaarlijk? Ze wist niet eens zijn naam. De chauffeur reed een kleine twintig minuten door de polder en sloeg af richting een smalle lange weg naar een grote boerderij midden in het land. Op het erf bedankte ze de chauffeur en vroeg wat die van hem kreeg. Hij glimlachte vriendelijk en zie dat alles was geregeld. Het grind knerpte onder de banden van de taxi als die haar achterlaat. Ze staat voor een oude, statige boerderij. Vooraan het woonhuis, niet veelzeggend, wat planten achter de ramen, het was donker binnen. Het woonhuis stond tegen een enorme zwarte schuur. Rechts naast de oprit stond een minutieus klein huisje. Waarschijnlijk in lang vervlogen tijden bedoeld voor de grootouders of bedienden van de boer? Achter op het erf zag ze meer gebouwen staan. Alles zag er netjes en verzorgd uit en duidelijk niet meer in gebruik als boerenbedrijf. Haar hakken zoeken steun tussen de steentjes als ze richting het huis loopt. In de zijgevel van het huis zit een deur maar die is duidelijk niet meer in gebruik. Er staan potten vol met prachtige bloemen voor. In de voorgevel van de grote zwarte schuur ziet ze een andere deur. Voorzichtig duwt ze op de antieke klink en voelt hoe de deur open gaat. Binnen is het donker, voorzichtig zet ze een stap naar binnen. ‘Hallo?’ Het blijft stil. Als haar ogen wat zijn gewend ziet ze dat ze in een kleine ruimte staat. Links in de wand zit een prachtig bewerkte houten deur, voor zich ziet ze twee grote deuren met prachtige gegraveerde ramen er in. Achter de ramen ziet ze grote houten balken in een flakkerend licht. Nieuwsgierig loopt ze door en kijkt door het glas. De deur kraakt als ze die openduwt, het geluid verscheurt de overweldigende stilte om haar heen. Verwondert kijkt ze om zich heen. Wat ooit waarschijnlijk een vieze schuur was met machines of beesten is omgetoverd tot een prachtige ruimte, de balken verdwijnen ver boven haar in de schemering. Op de vloer liggen plavuizen met sierlijke patronen. Links ziet ze een brede trap die leidt naar een entresol wat lijkt te zweven tussen de dikke houten balken. Tegen de achterwand staat een enorme massieve haard met daarin een zacht knisperend houtvuur. Voor de haard staat een chaise longue met prachtig houtsnijwerk en bekleed met groen fluweel. Onder de entresol staat een eettafel waar met gemak twintig man aan zou kunnen eten. De hele ruimte doet ondanks de enorme omvang warm en aangenaam aan.
Een zacht kraken op de entresol doet haar opschrikken. In de schemering ziet ze een silhouet. ‘Fijn dat je bent gekomen, je ziet er geweldig uit.’ Ze voelt zichzelf kleuren en staat als een schoolmeisje aan haar jurk te frunniken. ‘Ga bij de haard zitten, er ligt iets voor je klaar.’ Zijn stem doet warm aan en stelt haar gerust. Als ze richting de haard loopt probeert ze hem beter te zien. Naast het feit dat ze zijn naam niet weet heeft ze hem zelfs nog nooit gezien. Als ze hem op straat zou tegenkomen zou ze hem voorbijlopen zonder te weten wie hij was. Het kussen van de chaise longue veert zachtjes als ze gaat zitten. Op de kleine tafel naast haar ligt een dunne strook stof. Omdat ze verder niets ziet liggen pakt ze het beet. Zachte zijde streelt haar vingers. ‘Blinddoek jezelf.’ Zijn stem klinkt nu dichterbij. Als ze om wil kijken zegt hij het nog een keer, ‘blinddoek jezelf.’ Ze kijkt weer voor zich en houdt de strook stof voor haar ogen. Behulpzaam neemt hij het van haar over als ze moeite heeft de stof achter haar hoofd vast te knopen. De stof is dun en doorschijnend en ligt als een filter over haar ogen. Vaag ziet ze de flikkering van het vuur, ze draait haar hoofd, zoekend naar geluiden die vertellen waar hij is. ‘Voel je hoe je zintuigen zich aanpassen aan de situatie? Luister en voel.’ Geconcentreerd zoekt ze zijn stem. De warmte van het vuur straalt door haar jurk. Ze zag hoe hij tussen haar en het vuur ging staan. ‘Ga staan.’ Haar jurk ruist zacht als ze gaat staan. ‘Denk terug aan de bouwvakkers. Waan jezelf weer op dat plein. Luister en hoor het gefluit. Laat hun stemmen weer doordringen.’ Emily staat en denkt terug aan hoe ze op het plein had gestaan. Hoe de mannen naar haar floten en riepen. Ze voelt de warmte van de zon weer op haar lichaam en geniet van de aandacht. ‘Neem hun energie in je op, voel hoe ze het naar je toe zenden. Ze willen zich een voelen met jou. Laat hen toe.’ Ze duwt haar borsten vooruit en draait zacht met haar heupen. Het is alsof ze hun handen kan voelen, de gespannen spieren onder bezwete huid. ‘Stel je voor hoe ze samengaan in een bol van energie. De bol komt naar je toe, draait om je lichaam, verkent je, je voelt de warmte op je huid. Hij streelt zacht over je lippen, glijdt over je borsten.’ Emily likt over haar lippen en ervaart de warmte. Ze voelt de straling om haar heen. ‘Hij bewondert nu je billen, volgt de rondingen van je heupen, draait langzaam naar voren.’ Als onzichtbare handen op haar lichaam die luisteren naar zijn stem voelt Emily zich opwarmen. Haar ademhaling versnelt, haar tepels groeien. ‘Vertel me waar je het nu voelt, stuur het met je gedachten.’ Een plek in haar lichaam roept nu om aandacht, de plek tussen haar benen smacht naar de warmte van de aanraking. ‘Hij is nu voor me, komt dichterbij.’ Ze ziet de energie voor zich als een doorzichtige, pulserende bol van mannelijkheid. Een fallus van warmte op zoek naar haar innerlijk. ‘Laat hem toe.’ Ze zakt iets door haar benen en voelt haar onderlijf gloeien. Haar orgasme komt van binnenuit. Diep uit haar buik borrelt en stroomt het door haar hele lichaam. Ze zakt door haar knieën en ademt in een langgerekte kreun uit. Nog nooit voelde een orgasme zo volledig, was haar lichaam lichaam er onderdeel van. Ze steunt met haar handen op de grond en voelt de energie uit zich weg stromen. Volledig ontspannen en leeg ademt ze diep in en uit.
Wordt vervolgd
Lajero